Doelstellingen

Stedelijke omgeving

Stedelijke omgeving

Diverse en veilige stedelijke omgeving draagt bij aan de randvoorwaarden voor een prettig en gezond leven.

Beleidskader

Deze doelstelling komt voort uit onderstaande beleidsdocumenten:

Beleidsdocument

Vastgesteld

Toelichting

Ruimtelijke Strategie Utrecht 2040

2021

Strategische visie voor de stad voor de ontwikkeling van de fysieke leefomgeving.

Aanvulling Ruimtelijke Strategie Utrecht 2040

2022

Aanvullende richtinggevende afspraken op de RSU2040 naar aanleiding van het coalitieakkoord.

Het Utrechts Grondbeleid

2017

Beleidsnota van het grondbeleid

Grondprijzenbrief 2022

2022

Actualisatie van de geldende grondprijzen voor het jaar 2022

Effectindicatoren

Activiteiten

Om onze doelstelling te bereiken, gaan wij het volgende doen:

Nieuwe activiteit in het begrotingsjaar

  Gezonde gebiedsontwikkeling: we starten in 2024 verschillende ontwikkelingen, zoals      intentiedocumenten, bouwenveloppen, Stedenbouwkundige Plannen van Eisen en bestemmingplannen.

  • Omgevingswet: De Omgevingswet en de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) treden op 1 januari 2024 in werking. Vanaf 2024 zullen de voorbereidingen worden gedaan voor uitbouw van het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO), dit doen we conform het Plan van aanpak invoering Omgevingswet (vastgesteld in 2019). Op landelijk niveau lopen er gesprekken over de deadline.

Activiteiten die we niet meer doen

  • Gezonde gebiedsontwikkeling: omdat er geen uitvoeringsbudget is, wordt voorlopig geen vervolg gegeven aan de plannen voor een grootschalige herinrichting van het Janskerkhof.
  • Gezonde gebiedsontwikkeling: afhankelijk van de voortgang van de onderhandelingen werken we in 2024 niet meer aan de samenwerkingsovereenkomst met de Universiteit.
  • Gezonde gebiedsontwikkeling: de bouwenvelop voor de sporthal Voorveldselaan wordt stop gezet. Door herprioritering worden deze middelen ingezet voor de bouw van een sporthal in Vleuten De Meern.

Activiteiten die we blijven doen

  • Gezonde gebiedsontwikkeling: we werken verder aan de lopende projecten in het Meerjaren Perspectief Ruimte (MPR) en continueren investeringen in de openbare ruimte en infrastructuur.
  • Omgevingswet: in 2024 zal nazorg worden gedaan rondom de inwerkingtreding van de wet en continueren we het doorontwikkelen van de andere manier van werken in het fysieke domein.
  • Externe Subsidies en Fondsen: we voeren het programma Kansen voor West II en III uit samen met de G4 (de steden Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht) en P4 (de provincies Noord-Holland, Zuid-Holland, Utrecht en Flevoland) en werken samen met onze partners om subsidiemogelijkheden te benutten en innovatieve projecten te ondersteunen.

Financiën Stedelijke omgeving

In onderstaande tabel zijn de verschillen in de baten, lasten en reserves ten opzichte van begrotingsjaar 2023 toegelicht.

x €1.000

Toelichting verschillen

Bedrag

I/S

Baten

Grondexploitaties: Meerjarige raming van de baten (cashflow) uit de actualisatie van de grondexploitaties conform MPR 2023.

114.295

I

Lasten

Grondexploitaties: Meerjarige raming van de lasten (cashflow) uit de actualisatie van de grondexploitaties conform MPR 2023.

114.295

I

Bedrijfsmiddelen: Verschil betreft vooral een nog te verdelen bedrag in 2023 voor indexatie loon- en prijscompensatie. In 2024 is de loon- en prijscompensatie wel volledig verdeeld.

-2.047

I

 Gebiedsmanagement: Extra middelen Uitvoeringskracht conform programmabegroting 2023 en toegekende indexatie vanaf 2024

1.799

S/I

Stedenbouw en planologie: In de nieuwe programmastructuur vanaf 2024 worden de geraamde lasten van het onderdeel Gezond Gedrag in de Openbare Ruimte verantwoord in het programma Aantrekkelijke en Groene Leefomgeving.

-1.662

S

Investeringsimpuls RSU: Jaarlijkse fluctuatie (cashflow) op basis van de planning in het MPR 2023.

1.643

I

Reserves

Onttrekkingen

Reserve Grondexploitaties: De onttrekking in 2024 is lager dan in 2023. In 2023 is een onttrekking geraamd in verband met de toegerekende rente over de robuuste posten Leidsche Rijn van 1,595 miljoen euro. Deze onttrekking wordt jaarlijks incidenteel geraamd op basis van de actuele stand van de robuuste posten aan het begin van het boekjaar. Daarnaast is in 2024 de onttrekking voor het investeringspakket uit de Voorjaarsnota 2021 1,090 miljoen euro lager dan in 2023. Verder wordt in 2023 incidenteel 2,323 miljoen euro onttrokken als onderdeel van het vastgestelde financiële kader van het project Zuilense Vecht.

-5.009

I

Reserve Investeringsimpuls RSU: Met de geraamde onttrekkingen worden de lasten op het product Investeringsimpuls RSU gedekt. Deze lasten fluctueren jaarlijks; in 2024 zijn deze 4,598 miljoen euro hoger dan in 2023 (gebaseerd op de planning uit het Meerjaren Perspectief Ruimte 2023). Daarnaast is in 2024 op basis van een gewijzigde fasering de onttrekking voor het project Amazonekwartier 0,300 miljoen hoger dan in 2023 en de onttrekking voor het project Tuinen van Moreelse 0,100 miljoen euro lager dan in 2023. Tot slot is er in 2023 een incidentele onttrekking van 2,677 miljoen euro ter dekking van het investeringspakket Groei in Balans.

2.121

I

Reserve Betaalbaar wonen: In de Voorjaarsnota 2023 is in 2023 een incidentele onttrekking geraamd voor investeringen in de openbare ruimte die nodig zijn om woningbouwprojecten op gang te houden.

-3.300

I

Reserve Europese Subsidies: In 2023 wordt de laatste bijdrage voor het Kansen voor West 2 programma betaald (0,125 miljoen euro).

-0.125

I

Algemene dekkingsreserve: In de resultaatbestemming 2022 zijn bedragen uit het resultaat 2022 overgeheveld naar 2023. Deze bedragen worden in 2023 incidenteel onttrokken aan de algemene dekkingsreserve.

-1.962

I

Toevoegingen

Reserve Grondexploitaties: De storting in 2024 is lager dan in 2023. In 2023 is een storting geraamd in verband met de toegerekende rente over de robuuste posten Leidsche Rijn van 1,595 miljoen euro. Deze storting wordt jaarlijks incidenteel geraamd op basis van de actuele stand van de robuuste posten aan het begin van het boekjaar. De storting voor Lombokplein en doorvaarbare Leidse Rijn uit de Voorjaarsnota 2018 neemt 0,450 miljoen euro toe.

-1.145

I

Beïnvloedbaarheid

De grafiek hieronder laat zien welk percentage van de lasten van deze doelstelling beïnvloedbaar is.

Voor het jaar 2024 was de doelstelling Stedelijke omgeving voor 2 procent beïnvloedbaar. Voor het jaar  2025 voor 3 procent beïnvloedbaar Voor het jaar  2026 voor 4 procent beïnvloedbaar Voor het jaar  2027 voor 5 procent beïnvloedbaar

Binnen deze doelstelling is slechts een beperkt deel van de lasten beïnvloedbaar:
Ruimtelijke ontwikkelingsprojecten die bijdragen aan het realiseren van de ruimtelijke ambities uit de RSU 2040: in het coalitieakkoord zijn deze projecten onderdeel van het investeringspakket Groei in Balans. Het betreft lopende projecten die beïnvloedbaar zijn, maar bij beëindiging zal wel sprake zijn van kapitaalvernietiging.
Het aanjagen en faciliteren van gebiedsontwikkelingen/versnelling van woningbouw: concreet gaat het bijvoorbeeld om kosten voor het opstellen van ontwikkelstrategieën en (omgevings-)visies, om loonkosten en om (op de initiatiefnemer verhaalbare) plankosten voor anterieure overeenkomsten.
Strategie en ruimte brede kosten: dit budget is o.a. bedoeld voor een (stevigere) stedelijke sturing (een van de speerpunten van het coalitieakkoord) en voor kosten die niet aan één opgave zijn toe ter rekenen. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om de (personele) kosten van het Development Network Utrecht: het professionele vastgoednetwerk van marktpartijen en gemeente, dat zich inzet voor een duurzame (waarde)ontwikkeling van de stad.

Voor het overige deel van de lasten binnen deze programmadoelstelling geldt dat het onderdelen van geopende grondexploitaties zijn met lasten en baten die netto voor een niet beïnvloedbare ruimte zorgen. Dit geldt ook voor werkzaamheden aan erfpacht, die gedekt worden uit baten.

Deze pagina is gebouwd op 11/08/2023 12:43:23 met de export van 11/08/2023 12:22:10